top of page

Temperament van de Boerboel...

De Boerboel is en blijft in de eerste plaats een waakhond en heeft bijgevolg nood aan een eigen territorium, een plaats of terrein dat hij daadwerkelijk kan en mag bewaken/beschermen: hij is zeker geen hond voor een flat of een kleine woning met weinig of geen tuin, of een rijhuis in een drukke woonwijk waar hij voor elk plasje aan teveel prikkels blood gesteld moet worden. Een dagelijkse wandeling aan de lijn voldoet nu eenmaal niet aan zijn behoeften.
Maar ook een groot terrein zonder aandacht en quality-time van en met zijn familie is nefast voor een Boerboel, die nu eenmaal leeft voor zijn gezin.

Hij is dus een perfecte familiehond, maar eerder afstandelijk tot zelfs ronduit terughoudend naar vreemde mensen en ongekende situaties. Een Boerboel is slechts 'volwassen' op late leeftijd: 2 jaar voor een teef en 3 jaar voor een reu mogen als standaard aangenomen worden, met daarop zelfs nog variaties per individu.

Dit betekent dat de Boerboel zijn puberteit pas bereikt op een leeftijd waarop de meeste rassen reeds volwassen gedrag vertonen. Als pup (soms zelfs tot 1,5 jaar) is hij meestal heel makkelijk en meegaand, waardoor hij reeds menig eigenaar misleid heeft door een vals gevoel te geven van een makkelijke, goed opgevoede hond te zijn, als plots de problemen beginnen op een vrij onverwachte leeftijd. Dit doet baasjes soms schrikken en gaan ze denken dat hun hond door volwassen te zijn geworden opeens een ommekeer maakt: hij vertoont plots eigenzinnig gedrag, wordt soms dominant naar zijn familie, staat ineens wantrouwig naar vreemde mensen en ook vreemde honden kunnen opeens een probleem gaan vormen. De meeste Boerboels worden in deze periode ook onzeker tot soms zelfs angstig in hele banale situaties. Dit is geen reden tot paniek: wat er voor je staat, is een puber, vergelijkbaar met een puberend kind dat ook door allerlei rare fasen heen moet. Geef je hond de kans en de tijd om evenwichtig volwassen te worden en mits de juiste aanpak, zonder dwang, rustig en consequent, gaat deze periode vanzelf voorbij...

Let wel: zijn waakzaamheid naar onbekenden en zijn eerder afkerige houding naar vreemde honden zullen in de meeste gevallen wel blijven, al komt ook daar meer stabiliteit in naarmate de hond volwassener wordt en zijn karakter bijgevolg meer uitgebalanseerd.

Eerlijkheid dwingt mij erbij te zeggen dat er toch wel een aantal uitzonderingen zijn op deze regel, maar als je ervan uitgaat dat je Boerboel zich mogelijk zal gaan gedragen zoals hierboven beschreven en je hebt daar geen problemen mee, kan je met een gerust gemoed de toekomst tegemoet zien...
Is jouw hond van die uitzonderingen, prijs jezelf dan gelukkig met de bonus die je krijgt.

Kan je echter niet leven met zo'n situatie zoals hierboven beschreven staat, of is jouw situatie niet geschikt om zo'n hond in huis te hebben, dan geef ik je de dringende raad om nu op internet op zoek te gaan naar een ander ras: er bestaan genoeg andere rassen die misschien meer aangepast gedrag vertonen voor jullie leefsituatie. Bedenk, dat wat genetisch in een hond zit, niet door 'opvoeding' veranderd kan worden.

Een Boerboel is niet bepaald een terrasjes- en winkelstratenhond, al kan je hem wel vanaf een heel jonge leeftijd makkelijk wennen aan deze situaties, maar zelden zullen het echt zijn favoriete plaatsen worden, en op lange termijn kan het vragen zijn om problemen.
Een goede socialisatie als pup is heel belangrijk, al geeft het niet altijd een garantie dat je hond een allemansvriend zal blijven. Bedenk ook dat OVER-socialisatie (hiermee bedoel ik de pup met teveel prikkels willen overladen op te korte tijd, met onvoldoende rust om alles te kunnen verwerken) je soms verder van huis brengt dan alles netjes rustig opbouwen met die zo broodnodige rustperiodes erin.
Hou rekening met de capaciteit van je pup om nieuwe dingen in zich op te nemen... : als je wil lopen voor hij kan stappen, betaal je vroeg of laat de prijs.

Mensen en dieren die hij kent vanaf zijn prille jeugd en die hij op regelmatige basis ontmoet, blijven doorgaans vrienden voor het leven, mits zijn vertrouwen niet geschonden wordt.

Een Boerboel dient opgevoed, niet noodzakelijk 'getraind' te worden: dit betekent dat je hem liefst nooit met kracht moet dwingen dingen te doen die hij niet leuk vindt of niet vertrouwt... Vergeet niet dat waar het kracht betreft, jouw Boerboels het steeds van jou zal winnen. Het enige wat je daarmee bereikt is dat het meest waardevolle in jullie relatie, de vertrouwensband tussen jou en je hond, verloren gaat. Deze band moet gebaseerd zijn op wederzijds vertrouwen, respect en vooral veel liefde.

Een Boerboel staat nog zeer dicht bij de natuur (al zal dit na al die jaren in Europa misschien iets afgezwakt zijn tegenover de tijd dat ik de Boerboel leerde kennen in 1999). Wat hij dan ook het best begrijpt zijn de regels die gelden in een roedel van wilde honden of wolven: zijn baas is de absolute Alpha, de onbetwistbare leider. Om een goede Boerboeleigenaar te zijn verdient het dan ook aanbeveling om op z'n minst over een basiskennis van hondentaal en roedelregels te beschikken om zo die perfecte harmonie tussen jezelf en je hond te kunnen garanderen.

De Boerboel is een kindervriend, tal van verhalen en foto's bewijzen dat, maar laat nooit een grote, sterke hond alleen bij kinderen. Gebruik nooit een hond als goedkope babysitter!

Zonder toezicht kunnen zich tussen je hond en je kinderen ernstige communicatieproblemen voordoen, mede door het haaks op mekaar staan van lichaamstaal bij kinderen en honden. Wat bij een kind angst aangeeft, betekent voor de hond een gooi naar meesterschap, dus alleen daar al kan het goed fout gaan.
Een Boerboel is trouwens maar net zo goed met kinderen als de opvoeding die je hem en je kinderen geeft, dat toelaat:

leer je hem als baas niet van jongs af dat hij respect moet hebben voor ALLE leden van het gezin, en leer je de kinderen niet dat een hond ook een levend wezen is dat als dusdanig moet behandeld worden, en ook bepaalde rechten heeft zoals onder andere respect en zijn eigen rustplaats die heilig moet zijn, krijg je zeker eerder vroeger dan later problemen.

Bedenk ook, dat als er vriendjes over de vloer komen en de spelletjes worden een beetje ruw, jouw Boerboel geneigd zal zijn jouw (lees: zijn!) kinderen te gaan beschermen, dus voor ieders gemoedsrust en bestwil, laat hem niet delen in hun spelletjes maar zorg voor een leuke plek in je tuin of woonkamer, waar hij zich graag terugtrekt en waar hij lekker in alle rust kan vertoeven tot de rust is weergekeerd. Maak het voor hem leuk als er vreemde kinderen komen door hem op 'zijn' plek iets lekkers te geven, zodat hij kinderen en/of bezoek niet gaat associëren met 'afzondering'.

Een ding is zeker: een Boerboel is een eerlijke hond die fouten verdraagt en vergeeft, mits zijn baas verstandig genoeg is om die fouten bijtijds in te zien en de wil heeft eraan te werken...

Vandaar dus mijn voorstel:

stel jezelf de vraag: wil ik echt een hond in mijn leven voor minstens een jaar of tien, met alle consequenties die dat inhoudt, of wil ik dat niet?

Omdat ik vermoed dat het antwoord op deze eerste vraag een volmondig 'ja' zal zijn, zeg ik nu:

stel jezelf een tweede, nog belangrijkere vraag:

Wat verwacht ik van een hond, en wat heb ik hem te bieden? Wil ik een hond om elke situatie met het gezin te delen, om overal mee naartoe te nemen (ook naar hele drukke plaatsen zoals markt, stad, speeltuin...), neem dan misschien beter geen Boerboel...

Of zoek ik een trouwe, lieve kameraad, een vriend die indien nodig mijn hele gezin en mijn bezittingen met zijn leven wil beschermen?
Heb ik genoeg tijd en ruimte voor zo'n vriend en kan en wil ik voldoende tijd besteden om een goede relatie op te bouwen met mijn hond, hem een hond-waardig leven te geven en hem op te voeden tot een sociaal aanvaardbaar lid van de maatschappij? Beschik ik over voldoende hondenkennis om zo'n hond de baas te blijven zonder hem in zijn waardigheid te breken, of ben ik bereid dat te leren?

Ben je na deze vragen nog steeds overtuigd dat de Boerboel voor jou de geschikte hond is, en jij een geschikt baasje, ga dan op zoek naar een geschikte fokker:

iemand die je kan vertrouwen, die onvoorwaardelijke garanties durft te geven naar de toekomst toe, die niet fokt uit winstbejag maar uit liefde voor het ras en de dieren, iemand die ten alle tijden bereid is te helpen met raad en daad mochten er zich toch problemen voordoen, van welke aard ook.

Ga dan pas naar puppies kijken, zodat je jezelf niet laat verleiden in een zwak moment door die onschuldige snoetjes, want elke pup is schattig...

Bedenk ook, dat NOOIT kleur, maat of geslacht de belangrijkste criteria mogen zijn om je keuze te bepalen, maar realiseer je ten volle dat temperament, karakter en gezondheid uiteindelijk de garanties zullen zijn voor het welslagen van jullie avontuur, voor de goede relatie tussen je hond en je gezin. Kies dus bv nooit voor een dominante hond voor een gezin met kleine kinderen... Vraag je fokker je te willen helpen met deze belangrijke beslissing. Bedenk, dat niemand de pups beter kent dan hij.
En een goed fokker moet je zoiets zelfs niet vragen: hij zal gewoon weigeren een pup te verkopen die niet geschikt is voor de situatie waarin hij terecht zal komen.

Indien je er voor kiest een Boerboel aan te schaffen, en mits je hem de juiste opvoeding geeft, weet dan dat je een vriend hebt voor het leven...

Succes!!!

 

copyright Carine Bollen

 

bottom of page